Les 2 en 3: Werkprocessen

Maak een animatie met een racemonster 

De opdracht voor deze lessen is: maak in tweetallen van plasticine een ‘racemonster’ waarbij onderdelen los van elkaar kunnen bewegen. Het racemonster moet er snel uitzien (vorm) en het moet karakter hebben. Vorm vervolgens viertallen waarmee je een animatie maakt, waarin twee snelle voertuigen een racewedstrijd houden. Zorg middels de stop-motiontechniek voor de illusie van een strijd, snelheid en spectaculaire crash. 

Hieronder een aantal foto's van ons racemonster (gemaakt met Nikki Epping): 



Beoordelingsmatrix racemonster:

Criteria
Onvoldoende
Voldoende
Goed
1 Voertuig 3D
0
1
2
2 Snel uitzien
0
1
2
3 Karakter
0
1
2
4 Losse beweegbare onderdelen
0
1
2

Hierboven is de beoordelingsmatrix te zien van ons racemonster. In de les waren we vooral bezig met het karakter van het racemonster. Hoe langer we bezig waren, hoe meer dingen we erbij verzonnen die het racemonster meer karakter gaf, zoals de uitstekende tong aan de achterkant van de wagen, zodat hij achterliggende wagens zou afschrikken. We waren minder bezig met de snelheid van de wagen, waardoor we hier uiteindelijk maar 1 punt op hebben gescoord. 
Ook het onderdeel losse beweegbare onderdelen vonden we lastig. We begrepen niet goed hoe we deze losse onderdelen moesten creëren en hadden de wielen in eerste instantie aan de auto vastgemaakt. Uiteindelijk kregen we een tip en hebben we de auto op een plateau geplaatst, met de wielen ervoor, zodat het plateau niet meer in zicht was. Dit maakte toch enigszins losse beweegbare onderdelen. 



Beoordelingsmatrix animatie: 

Criteria
Onvoldoende
Voldoende
Goed
1 Snelheid in races 
0
1
2
2 3 scènes: start, rijden, crash  
0
1
2
3 Achtergrond gaat voorbij
0
1
2
4 Strijd tussen 2 auto's 
0
1
2
5 is er een duidelijke crash?
0
1
2

In totaal hebben wij acht punten gescoord voor de animatie. Wij hebben punten laten liggen op de onderdelen snelheid in races en achtergrond gaat voorbij. Dat wij hier punten hebben laten liggen, komt voornamelijk doordat wij snel te werk gingen. Wij waren niet bekend met het programma en moesten in korte tijd een scene in elkaar zetten. Het was voor ons lastig inschatten wat onze acties teweeg zouden brengen in het programma. Door het snelle werken zijn wij soms wat slordig geworden en sluiten de scenes niet heel mooi op elkaar aan. Dit komt ook omdat wij de start vergeten waren goed te filmen en wij dit uiteindelijk er tussen moesten plakken. Het was wel een interessante les, ook om mee aan de slag te gaan in de bovenbouw. 

3 soorten werkprocessen, besproken tijdens het college: 

1. Traditioneel ambachtelijke werkproces: 
Hierbij gaat het voornamelijk om reproductie, je maakt iets na. Hierbij denk je aan         traditionele ambachten, maar ook aan exact natekenen van een stilleven of een plaatje. Op de basisschool gebeurt dit vaak, waarbij de kinderen het voorbeeld van de leraar namaken. Belangrijk voor het aanleren van vaardigheden, de motorische ontwikkeling en het precies en netjes werk. De creatieve ontwikkeling wordt weinig gestimuleerd. 
Het maken van het 'racemonster' is hier een voorbeeld van, namelijk het kleien. Hierbij zijn wij als studenten wel uitgedaagd onze creativiteit te gebruiken door zelf een 'racemonster' te ontwerpen. 

2. Ontwerpproces: 
Hierbij staat er een probleem centraal, waarbij men erop gericht is een breed scala aan oplossingen te vinden en deze vervolgens uit te werken in een product. Het probleem wordt van verschillende kanten bekeken en pas na meerdere ideeën komt men tot een uitwerking en wordt het probleem opgelost. Hierbij wordt er veel van het creatieve vermogen van een kind gevraagd en het is belangrijk bij het aanreiken van een probleem, kinderen te stimuleren meerdere ideeën vast te laten leggen. Uiteindelijk kunnen zij dan kiezen welke ze gaan uitwerken. 
Hier zijn wij vanwege de tijd in de les niet op ingegaan, dit zou het maken van een storyboard zijn. 

3. Experimentele werkproces: 
Door experimenteren, uit te proberen, te denken buiten kaders en te improviseren ontstaat er een werkstuk, waarbij van tevoren nog niet vast staat wat het moet worden of wat het zou kunnen worden. Er wordt voortdurend gereageerd op het gebeurde. Lastig voor kinderen is dat het weinig houvast geeft en veel vraagt van de creatieve ontwikkeling van kinderen. De resultaten zijn onvoorspelbaar. 
De animatie die wij gemaakt hebben van onze 'racemonsters' is een voorbeeld van zo'n experimenteel werkproces. Het heeft mijn enthousiasme gewekt om op een dergelijke manier met kinderen aan de slag te gaan in het kader van beeldende vorming. 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten